Wanneer een oudere werkloze de officiële werkloosheidsuitkeringen niet gedurende een ganse maand geniet, omdat een aantal dagen gedekt is door vakantiegeld, dan wordt, ten uitzonderlijke titel, aan de rechthebbende gedurende die (vakantie) maand bruto {{VW100}} voltijds (FM20) of bruto {{VW50}} deeltijds (FM70) per door de RVA vergoede dag toegekend, met een maximum van dertien vergoedingen ({{JVakantie}}).
Deze vergoedingen worden afgerekend met de gewone code 20 of 70 (volledige of deeltijdse tewerkstelling).
Indien de oudere werkloze een hoger aantal officiële werkloosheidsuitkeringen zou hebben genoten dan het hierboven vermelde maximum aantal van 13 werkloosheidsdagen, dan wordt de aanvullende forfaitaire maandvergoeding van {{SWT100}} voltijds of {{SWT50}} deeltijds toegekend.
Dezelfde regel geldt ook indien de arbeider de officiële werkloosheidsuitkeringen niet gedurende een ganse maand geniet omwille van een sanctie van de RVA (die niet handelt om de reden van het ontslag) of omwille van een korte periode van wedertewerkstelling.